De meeste hobbydierhouders kopen schapen voor het plezier, om het gras kort te houden of om ermee te fokken. Steeds meer liefhebbers houden de schapen ook voor de wol, sommigen voor het vlees, of voor de melk. De melk van schapen blijkt meer voedingsstoffen te bevatten dan geitenmelk of koeienmelk. Zo heeft schapenmelk een hoger eiwitgehalte en bevat het twee keer zoveel caseïne.

Voordat je met schapen begint: bedenk dat een schaap wel 15 tot 20 jaar oud kan worden. Als je schapen gaat houden, heb je wel enige kennis nodig om ziekten te voorkomen. Belangrijke oorzaken van ziekte zijn parasieten (wormen), verkeerde voeding, hittestress, virussen zoals blauwtong, myiasis, aandoeningen aan de hoefjes en complicaties door het oormerk. 

Wageningen Universiteit heeft een flyer gemaakt waarin deze onderwerpen worden behandeld (zie bijlage, Welzijnswijzer voor de beginnende schapenhouder). Op deze website is over al deze onderdelen ook de nodige informatie te vinden. Veel voorkomende ziekten vind je bij de wiki Gezondheid van schapen . Wie z'n schapen goed verzorgt, hoeft zelden een beroep te doen op de dierenarts.  

Schapen hebben wel dagelijks controle nodig. Is de afrastering in orde? Zijn ze actief aan het grazen en liggen ze daarna rustig te herkauwen? Hebben ze de beschikking over vers en droog hooi en vers drinkwater? De voeding van schapen is niet moeilijk: 's zomers eten ze gras, 's winters moeten ze worden bijgevoerd met hooi. Zorg er ook voor dat de schapen altijd de beschikking hebben over een liksteen. 

Wen ze eraan dat je ze zo nu en dan in handen neemt: om te voelen of ze niet te mager of te dik zijn, om de hoefjes te controleren en hun gebit en ogen te bekijken.

Aan het gedrag van schapen valt af te leiden of ze ergens last van hebben. Een schaap dat zich van de groep afzondert, kan wel eens iets mankeren. In het voorjaar en de zomer moet er extra worden gelet op myiasis bij schapen . Verder moeten ze een keer per jaar worden geschoren en vier keer per jaar moeten de hoefjes worden gecontroleerd en eventueel bekapt. 

Ga je schapen houden, dan heb je een stuk grond nodig: 1 ha is genoeg voor 10 tot 15 schapen. Meer grond is aan te bevelen omdat de schapen dan geregeld verweid kunnen worden. Dit is van belang om besmetting met wormen tegen te gaan. Je kunt dan ook je eigen hooi winnen. Kleinere rassen, zoals de Ouessantschapen, kunnen met minder grond toe, hoewel het ook voor deze schapen nodig is om ze geregeld een ''verse'' wei te geven. Wie grond bij huis heeft, kan daar een eenvoudig stalletje bouwen. Schapen hebben namelijk wel beschutting nodig, tegen zon, regen en harde wind. Zeker als ze lammeren hebben. Ook is het handig als je ze in geval van ziekte op stal kunt zetten. 

Om schapen te kunnen houden, heb je een Uniek Bedrijfs Nummer (UBN) nodig. Ook moeten schapen een oormerk in. Meer daarover lees je in de wiki Identificatie en registratie van schapen en geiten.  

Het Platform Kleinschalige Schapen- en Geitenhouders heeft in samenwerking met de Stichting Levende Have een code voor goed houderschap opgesteld (zie bijlage). Deze code is een handreiking aan de houders van schapen en ook geiten om goed met hun dieren om te gaan.